Op de zolder van mijn grootouders lag een oud schilderij. Het was mooi noch lelijk, het stelde gewoon een leeg vertrek zonder mensen voor, een oude salon met een fauteuil, een boekenkast en een haard. Alles was tot in de kleinste details weergegeven zodat je, als je op de juiste afstand ging staan, kon geloven dat het een echte kamer was. Toen ik klein was, was ik tot het besluit gekomen dat het te weinig origineel was en dat het daarom zijn plekje in huis was kwijtgeraakt en nu onder de pannen bedolven werd onder het stof.
Toen ik opgroeide, verstopte ik me steeds minder vaak boven om te spelen. Maar het deed me altijd plezier als ik de oude spullen van mijn grootvader bij die gelegenheden herontdekte. Ik had al gemerkt dat er steeds nieuwe details op het schilderij te zien waren: een prachtig theeservies, een nieuwe ladekast en ook een schilderij in het schilderij, waarvan de details bijzonder goed waren uitgewerkt. Op een dag besloot ik grootvader te ondervragen: ‘Opa, je hebt me nooit iets verteld over je schildertalent. Voeg jij elementen toe aan het oude schilderij op zolder?’ Glimlachend had hij geantwoord: ‘Je kent al mijn geheimpjes nog niet. Wil je dat ik je leer schilderen? Dat is makkelijk, hoor!’ Ik had vriendelijk geweigerd, ik beweerde dat ik er niets van zou terechtbrengen, en opa had niet aangedrongen.
Weer gingen de jaren voorbij, ik maakte kennis met het leven van de volwassenen. Ik had een baan, ging op reis, het leven ging zijn gang, en ik zag mijn familie minder vaak dan ik zou willen. Als dat al gebeurde, was dat meestal voor een grote maaltijd in familieverband. Ik was blij dat mijn grootouders er nog altijd monter uitzagen, met een paar extra rimpeltjes natuurlijk, maar nog steeds bruisend van energie.
De jaren gingen voorbij, het leven ging door maar eiste uiteindelijk zijn tol. Ik was geschokt door de dood van grootvader. De mooie momenten die we samen doorbrachten, werden in een lus afgespeeld in mijn hoofd. Tijdens de drink achteraf, die thuis plaatsvond, zei grootmoeder dat ze daar niet in haar eentje wilde blijven wonen. Daarom wilde ze heel wat zaken wegdoen. Ze stelde haar kinderen en kleinkinderen voor een souvenir uit te kiezen. Zonder een seconde te aarzelen of de mening van mijn vrouw te vragen, besloot ik opa’s schilderij mee te nemen, wat meteen mijn sterkste herinnering aan hem was. Toen ik na al die tijd weer naar de zolder liep, werd ik door een massa herinneringen overvallen. Tot mijn verbazing zag ik dat er niet één, maar vele schilderijen stonden. Het ene al mooier dan het andere, maar altijd gemeubelde vertrekken zonder personages. Ik nam de hele verzameling mee naar beneden, pakte ze in en zette ze bij me thuis met de bedoeling ze later te sorteren.
Toen mijn verdriet ietwat was gesleten, besloot ik op een zondag de schilderijen nauwkeuriger te bestuderen. Glimlachend bewonderde ik opa’s nauwgezette werk. Maar toen ik het doek met de grote salon terugzag, merkte ik dat een aantal elementen nu op een andere plaats stonden. Ik schreef het toe aan mijn weinig betrouwbare geheugen als kind en ging ervan uit dat hij sommige details, die hem niet hadden aangestaan, had gewijzigd. Ik hing het doek op in mijn werkkamer en liet de andere waar ze waren.
Op een ochtend, ik had slecht geslapen, ging ik achter mijn computer zitten toen ik enige beweging meende te zien op een schilderij dat op de grond stond. Ik liep dichterbij – het werk stelde een badkamer voor – en merkte dat door een of ander bevreemdend effect het water op het doek leek te stromen. Wat een buitengewoon schildertalent had opa gehad! Toen ik wat beter naar het perspectief keek, zag ik voor het eerst de schaduw van een personage. Uiteindelijk had opa dus toch leven aan zijn doeken toegevoegd. Misschien zaten er in de andere werken ook figuurtjes verborgen? Ik begon dus te zoeken naar details die ik vroeger niet had opgemerkt. Ik viel op het schilderij van een kamer, en bleef opeens met open mond staan kijken: opa stond erop afgebeeld, die zijn kleren bijeenzocht in een kast. Hij had zichzelf op het doek gezet! Maar ineens draaide hij zich naar me om en glimlachte. Verbijsterd plaatste ik het werk op de grond en liep achteruit. Dat kon niet, en ik had de vorige avond toch niet zoveel gedronken dat ik nu hallucineerde… Maar hij bewoog weer op het schilderij, draaide zich om en groette me. Het personage droeg sokken en een kamerjas, liep naar de zijkant van de lijst en verdween. Ik begreep er niets van, maar mijn nieuwsgierigheid kreeg de overhand, zenuwachtig onderzocht ik de andere doeken om te zien waar opa naartoe was. Ik vond hem weer op het schilderij aan de muur, waarop de salon afgebeeld stond. Toen ik dichterbij kwam, zag ik dat hij in zijn fauteuil in een schriftje zat te schrijven. Hoe hij het deed weet ik niet, maar hij plakte verschillende bladzijden op de achterzijde van het doek, waarop ik amper zijn fijne handschrift kon zien.
Ik doorzocht mijn rommelige laden en vond ten slotte een oude loep, die ik in geen jaren had gebruikt. Met mijn neus tegen het schilderij gedrukt ontcijferde ik met grote moeite de geschriften van opa: hij was in zijn opzet geslaagd. Nadat hij een bescheiden bestaan had geleid in zijn huisje op het platteland, was hij nu in zijn droomhuis aanbeland. Hij had elke kamer, elk detail ontworpen. Zijn liefste droom was uitgekomen, en hij hoopte dat oma zich als haar tijd gekomen was bij hem zou voegen. Hij had zich kostelijk vermaakt toen hij toekeek hoe ik zijn universum ontdekte, en hij hoopte dat hij me niet te veel angst had aangejaagd. Hij legde me ook uit dat hij, als ik daar ooit zin in zou krijgen, onbeschilderde doeken en verf op zolder had laten staan. Zo kon ik nog altijd nieuwe kamers voor hem maken, die ik volgens mijn smaak zou inrichten.
Een week later ging ik alles halen wat van opa’s schilderatelier was overgebleven. Omdat ik mijn vrouw niet bang wilde maken, hield ik mijn geheim voor mezelf. Toen ik haar op een avond een verbaasde kreet hoorde slaken, begreep ik dat ik haar de zaak moest uitleggen. Sindsdien ben ik zelf beginnen te schilderen. Ik heb verschillende, min of meer geslaagde landschappen gemaakt. Opa lijkt ze op prijs te stellen. Zo kan hij ook nu nog op reis blijven gaan.